Amsterdamse Bank voor Behoud van Kunst en Cultuur

Steun voor sector in aantocht

Illustratie: Jenna Arts

Het idee voor het oprichten van een Amsterdamse Bank voor Behoud van Kunst en Cultuur (ABBKC) kent een lange historie en is niet louter ingegeven door de huidige coronacrisis. Als een publiek-privaat initiatief verenigt het de krachten, dat blijkt alleen al uit de vele reacties. In september moet de ‘not for-profit-bank’ officieel van start gaan en Amsterdamse kunstenaars en instellingen de steun geven die ze verdienen.

Tekst Felix Rottenberg, voorzitter Amsterdamse Kunstraad

Corona mobiliseerde meer dan ooit alertheid, vernuft en energie bij kunstenaars en kunst- en cultuurorganisaties. Vergelijk het met 2011 toen Halbe Zijlstra, staatssecretaris van Cultuur in het kabinet-Rutte I, een korting van meer dan 20 procent op het rijksbudget voor kunst en cultuur doorvoerde. De verbijstering was groot, en terecht. Het verzet timide. Frits Bolkestein, oud-VVD-leider, trotseerde partijdiscipline en demonstreerde mee op het Leidseplein.

De kunstensector had dit niet zien aankomen

De kunstensector had dit niet zien aankomen. Anders gezegd, de kunstensector beschikte niet over een ‘intelligence-bureau’ dat verschuivingen in denken bij politici en hun partijen monitort. Dat heet tegenwoordig in jargon een inclusieve lobby. Public Affairs-bureaus hebben hier uitgekiende methodes voor ontwikkeld. Zij zijn handelaren in data en informatie. Hun lobby’s strekken veel verder. Zodra zich een nieuwe ontwikkeling voordoet, bereikt hun een signaal.

Verwijt

Achteraf heb ik mezelf verweten geluiden die wezen op – zoals dat in jargon heet, ‘draagvlak voor forse bezuinigingen’ – onvoldoende gedeeld te hebben met bondgenoten in de kunstensector. Ruim vier jaar vóór de rigoureuze ingreep van Zijlstra leidde ik op verzoek van een grote Nederlandse systeembank een serie bijeenkomsten over zijn maatschappelijke strategie. Bij herhaling werden er opmerkingen gemaakt door bankiers over het ‘subsidie-infuus’ dat de Nederlandse kunsten vertroetelde.

Onbegrijpelijk dat het gemeentebestuur juist toen niet de verantwoordelijkheid nam

De bezuinigingen van Zijlstra werden in 2012 gevolgd door een bezuiniging van het Amsterdamse college van B en W. Onbegrijpelijk was het dat het gemeentebestuur juist toen niet de verantwoordelijkheid nam voor de continuïteit van de financiering van kleine en grote kunstinstellingen, die hierdoor grote problemen kregen. Ook in de Amsterdamse gemeentepolitiek waren toen geluiden hoorbaar in de trant van ‘de kunstensector wordt nog relatief ontzien (…) ze moeten niet huilebalken’.

Geen correctie

Het kabinet Rutte-Asscher stond geen correctie op de bezuiniging van Zijlstra toe, ook niet een gedeeltelijke. De VVD heeft dit in de kabinetsformatie afgedwongen. De PvdA had dat nooit mogen accepteren. Er had een zogenaamde ‘voetnoot-afspraak’ gemaakt moeten worden, namelijk dat de minister van Cultuur, Jet Bussemaker, meevallers op haar eigen begroting mocht inzetten voor het compenseren van de bezuinigingsoperatie van Rutte I. Bussemaker heeft zelf ook niet overwogen met een beetje bestuurlijke ongehoorzaamheid een gebaar richting de kunsten te maken.

Vergelijk Hamburg met Amsterdam: het verschil is immens

Vanaf de Zijlstra-ingreep wordt er door bestuurders, directeuren en kunstenaars regelmatig van gedachten gewisseld over hoe de sector minder afhankelijk kan worden van de grillen van politieke partijen. Bewust schrijf ik partijen: zíj́ staan toe dat hun volksvertegenwoordigers en bestuurders de kunsten karig behandelen. Het verschil met Duitsland, Vlaanderen en Scandinavië is groot. Vergelijk Hamburg met Amsterdam: het verschil is immens.

Publiek-privaat initiatief

Het idee voor het oprichten van de Amsterdamse Bank voor Behoud van Kunst en Cultuur, de ABBKC, heeft dus een historie van vóór de coronacrisis. Als een publiek-privaat initiatief verenigt het de krachten. Het is dus niet louter een platform dat kunstinstellingen en kunstenaars beoogt te helpen bij het oplossen van vraagstukken die het gevolg zijn van de coronacrisis. Als het lukt wat ons voor ogen staat, wordt het een platform dat juist op de lange termijn, als een ‘not for-profit-bank’ functioneert. De legendarische literatuurcriticus Kees Fens schreef ooit dat een mens naast zijn fietsenmaker en boekhandelaar een wijze bankier nodig heeft. Kunstinstellingen hebben vaak, maar niet altijd, in hun raad van toezicht of bestuur, een expert die kunst en cultuur begrijpt, aanvoelt en handreikingen biedt voor het oplossen van financiële problemen. De ABBKC lijkt door de tientallen enthousiaste reacties een rol toe te voegen die essentieel kan zijn voor de kunstenaars en cultuurorganisaties.

‘Kunst is heel belangrijk voor het functioneren van de economie in de Randstad’

Nog geen twee uur na de publicatie van het kunstraadadvies dat nut en noodzaak van de ABBKC bepleitte, begon mijn mailbox te overstromen. Barbara Baarsma, directievoorzitter van Rabobank Amsterdam en hoogleraar toegepaste economie aan de UvA, belde meteen. ‘Amsterdam, de metropool Amsterdam, kan niet zonder cultuurpraktijken. Wij moeten kunstenaars en kunstinstellingen helpen en steunen. Kunst is heel belangrijk voor het functioneren van de economie in de Randstad.’

Hulp en deskundigheid

Samen met Annabelle Birnie, directeur van het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) en Annet Lekkerkerker, voorzitter van Amsterdam Culturele Instellingen (ACI), zijn we het plan voor de ABBKC nu voortvarend aan het uitwerken. Uit alle hoeken komt hulp en deskundigheid. Olga Leijten, directeur Kunst en Cultuur van de gemeente Amsterdam, doet actief mee. De treasurer van de gemeente, Johan Moojen, zit in de voorbereidingsgroep met Barbara Baarsma, Tom de Swaan (ABN Amro), Marco Eijsackers (ING) en Pauline Bieringa (BNG Bank).

Steun

Veel Amsterdamse kunstinstellingen hebben zich het afgelopen jaar intensief ingespannen voor het kunstenplan voor de komende vier jaar. De coronacrisis heeft veel onzekerheid veroorzaakt. De exploitaties van de instellingen zijn hard geraakt. Ook al lijkt het erop dat de regering meer ‘ruimte’ terug wil geven, het blijft een zware opgave om ambities onder de huidige omstandigheden te realiseren. AKr, AFK en ACI hopen met het opbouwen van de ABBKC, die in september officieel van start moet gaan, de Amsterdamse kunstenaars en kunstenorganisaties de steun te geven die ze verdienen.