Nick Terra van Galerie Fons Welters vreest dat de infrastructuur voor galeries verzwakt. ‘Het zou helpen als het publiek zich meer bewust werd van het feit dat het geld kost om te kunst te maken en te tonen.’
Het was zaterdagmiddag 14 maart historisch rustig op de opening van de nieuwe expositie van Galerie Fons Welters. Niet meer dan twintig bezoekers kwamen af op de kostuumsculpturen van de Argentijnse Mercedes Azpilicueta en de installatie en schilderijen van de Britse kunstenaar Juliette Blightman. Om geïnteresseerden twee dagen na de lockdown meer ruimte te geven, waren de tijden van de opening aangepast: niet van vijf tot zeven maar van een tot zes uur. Veel hielp het niet. ‘Normaal staat het bij een opening met meer dan honderd bezoekers helemaal vol’, vertelt directeur Nick Terra. Een dag later besloot hij alleen nog maar open te gaan op afspraak. Vanwege de geringe belangstelling en om organisatorische redenen: een van de medewerkers woont in Den Haag. Per week werd niet meer dan vijf, zes keer de deur geopend voor een bezoeker. Terra: ‘Heel erg jammer. Een kunstenaar heeft vaak een half jaar naar zo’n tentoonstelling toegewerkt.’ Sommigen zien bovendien een heel programma in duigen vallen. De presentatie van nieuw werk wordt zorgvuldig gespreid over galeries en data. ‘Nu exposities overal worden uitgesteld of geannuleerd, verdwijnt de opbouw.’
Sociale gebeurtenis
Galerie Fons Welters, in 1989 begonnen in een garage in de Jordaan, is stevig geworteld in Amsterdam. Maar welke gevolgen de coronacrisis heeft op de werkwijze en exploitatie, is voor Terra nog onduidelijk. ‘Het organiseren en installeren van tentoonstellingen is geen probleem’, legt hij uit. ‘Hoe we de openingen vorm moeten geven, is lastiger. Openingen zijn voor zowel kunstenaars als kopers belangrijk voor het contact. Kopers hebben dat ook nodig om een beslissing te nemen over een aankoop. Het is een sociale gebeurtenis, die nu wegvalt. Hoe dat moet weet ik nog niet.’
‘Formaat, textuur, beleving: dat ervaar je niet op je smartphone of tablet’
Onlinepresentaties, op bijvoorbeeld het platform Gallery Viewer, ziet Terra meer als ondersteuning dan als volwaardig alternatief voor een galerie-opstelling. ‘Als je meer wilt weten over een kunstenaar vind je daar verdieping, maar op een moment wil je het kunstwerk toch in het echt zien. Formaat, textuur, beleving: dat ervaar je niet op je smartphone of tablet.’ Op initiatief van Galerie Fons Welters presenteerden twaalf Amsterdamse galeries op 9 mei werk op Gallery Viewer dat op dat moment ook live te zien was, om een ‘momentum’ te creëren. ‘Een soort opening, waarover we hebben bericht naar onze eigen klanten en waaraan Gallery Viewer ook aandacht besteedde.’
‘Als een galerie wegvalt, verliezen vijftien tot twintig kunstenaars hun inkomstenbron’
Het zou galeries helpen als het publiek zich meer bewust wordt van ‘de relatie tussen kunst en geld’. Glimlachend: ‘Op een beurs vragen bezoekers mij wel eens of het kunstwerk te koop is. Ja, dat is het doel van de beurs! Kunst is er niet vanzelf. Het kost geld om kunst te maken en te laten zien. Als een galerie wegvalt, verliezen vijftien tot twintig kunstenaars hun inkomstenbron.’ Er moet een infrastructuur overeind blijven, vervolgt Terra. En ja, hij is bang dat die infrastructuur wankelt. ‘Deze crisis zal lange tijd gevolgen hebben.’ Dat de regeling KunstKoop nieuw leven is ingeblazen, juicht hij toe. ‘Maar veel mensen zijn daarvan niet op de hoogte.’ De overheid zou daar een goede marketingcampagne voor moeten lanceren, oppert hij enthousiast. ‘Of stuur als Museumjaarkaart je achterban een bericht dat je kunst kunt kopen voor hetzelfde bedrag per maand als een telefoonabonnement. Dat moet volgens mij werken.’
Vlag uit voor de kunst
Nick Terra en zijn vriendin Julia Mulié wilden al langer iets met de vier vlaggenhouders op de gevel van het pand waar ze de eerste verdieping van bewonen, boven de galerie waarvan Terra directeur is. Toen ook de kunst in Amsterdam min of meer op slot ging, bedachten ze Four Flags (foto bovenaan). Ze vroegen dertig kunstenaars in hun eigen netwerk een vlag te ontwerpen. Elke dinsdag en donderdag wordt een nieuwe vlag gelanceerd, die voor 150 euro keurig gevouwen in een A4-envelop wordt bezorgd. De opbrengst gaat naar de kunstenaar. ‘Kunstenaars reageerden enthousiast’, vertelt Terra. ‘Zo konden ze toch een deel van hun werk delen met het publiek.’ De vlaggen vinden hun weg naar particulieren en instellingen. Een Belgische verzamelaar kocht ze op voorhand alle dertig en leent ze uit aan kunstinstellingen. Half juli zijn alle ontwerpen getoond en stopt het project in de Bloemstraat. Onder auspiciën van Terra en Mulié hebben lokale curatoren, galeriehouders en verzamelaars eenzelfde project opgezet in andere steden, zoals Sao Paulo, Bogotà, Chicago, Lissabon en Düsseldorf.